Idee voor een Wiki artikel? Lees in dit artikel hoe je kunt helpen!

Behendigheid

Uit Bokt

Behendigheid of ook wel horse agility genoemd, is een jonge snel groeiende paardensport. De behendigheid oefeningen worden naast het paard uitgevoerd met of zonder halstertouw. In 2012 is het eerste Wereldkampioenschap horse agility gehouden. Dit kampioenschap werd door het Engelse team gewonnen.

Oorsprong

Behendigheid voor paarden is oorspronkelijk afgeleid van de hondensport behendigheid. Deze hondensport is op haar beurt weer afgeleid van de paardensport.

Behendigheid voor honden

In Londen 1978 werd groot paarden- en hondenliefhebber John Varnley gevraagd om iets te bedenken wat het publiek van "Crufts Dogshow" zou vermaken in de pauzes. Al snel kwam hij op het idee om een demonstratie te geven met een springparcours voor honden. John had dit afgeleid van het klassieke springparcours voor paarden. Deze demonstratie viel zo goed in de smaak dat liefhebbers het hebben doorontwikkeld tot de hondensport behendigheid. Behalve sprongen werd het parcours ook aangevuld met andere obstakels die baas en hond moesten overwinnen.

Van hondensport naar paardensport

Horsemanship instructrice Vanessa Bee gebruikte de huidige paarden behendigheid oefeningen en obstakels voor het eerst in februari 2003 tijdens de trainingen die ze gaf. Eind 2009 ging ze opzoek naar andere paardenliefhebbers die dezelfde vorm van training gebruikten of competities organiseerden. Tot haar verbazing was er niemand die zich er op deze manier mee bezig hield, al kwam zij op internet wel informatie tegen van een Fin die zijn paard zonder leidsels een parcours liet afleggen. Venessa richtte vervolgens vrijwel direct de The Horse Agility Club op om wereldwijd mensen met elkaar in contact te brengen die behendigheid met paarden willen beoefenen in een competitieve vorm.

Behendigheid in Nederland

Behendigheid is vooral in Groot-Brittannië al flink aan het opkomen. In Nederland is de sport nog heel klein en jong. Nederland heeft op het moment één behendigheid trainer voor paarden.

De sport

Momenteel wordt de sport in Nederland nog niet actief beoefend. De FIHAC is het bestuursorgaan van alle horse agility organisaties wereldwijd. Zij houdt toezicht op de internationale horse agility sport en ondersteunen de groei van deze discipline.

De oefeningen

Tips Veiligheid staat altijd voorop. Zorg daarom voor en leidtouw dat lang genoeg is (minimaal 2,5 meter), stevige schoenen en een afgesloten ruimte (weide of rijbaan) waarin je aan de slag kan gaan. Ben je niet bekend met grondwerk? Neem daar dan eerst een paar lessen in voordat je start met behendigheidstraining. Op deze manier leer je hoe een paard te leiden en hiermee voorkom je dat je vertrapt of geplet wordt door je paard. Train niet te lang. Oefen een hindernis maximaal een paar minuten per dag. Je wilt zien dat je paard zijn best heeft gedaan of dat er een kwartje is gevallen. Heb je dat bereikt? Stop dan de training voor die dag.

Beloning Tijdens de oefeningen is het van belang dat jij je paard op het juiste moment beloond. Dit kan je doen door even pauze te nemen of met behulp van clicker die je bedoelingen en tevredenheid duidelijk te maken.

Slalom

Dit is een goede oefening om mee te starten omdat je hiermee tegelijkertijd het leiden van je paard traint. Om deze oefening uit te voeren zet je enkele paaltjes of grote tonnen op ongeveer 5 meter afstand op een rechte lijn. Stap hier met je paard tussendoor. Het is de kunst om dit te doen zonder je paard te duwen en/of te trekken. Het is wel toegestaan om je paard bijvoorbeeld aanwijzingen te geven met je hand. Als de slalom in stap lukt kan je die ook gaan uitvoeren in draf en zelfs in galop. Als extra moeilijkheidsgraad kan je de pionen/tonnen dichterbij elkaar plaatsen.

Opstapje

Het opstapje moet solide en stevig zijn zodat je paard er veilig op kan staan zonder het risico dat hij er doorheen zakt. Houten pallets voldoen bijvoorbeeld niet. Een tractorband gevuld met zand weer wel. Als je eenmaal een opstapje hebt gemaakt kan je veel oefeningen er mee uitvoeren: aan de ene kant opstappen en aan de andere kant er weer afstappen. Of er achterwaarts vanaf stappen. Bij al deze oefeningen is het de bedoeling dat je met subtiele hints je paard de oefeningen laat uitvoeren.

Poortje

Leer je paard eerst om ergens onder door te lopen. Maak bijvoorbeeld een poortje van twee staanders en verbindt deze met een buigzame buis. Maak het poortje eerst zo hoog dat je paard er makkelijk onder door kan lopen. Als het poortje geen spanning meer oplevert kan je een vliegengordijn ophangen tussen de staanders en deze vastbinden aan de staanders (aan beide zijden). Als dit goed gaat dan kan je 1 of 2 slierten los laten hangen en weer onder het poortje door lopen. De laatste stap is het vliegengordijn los laten hangen en hier je paard onderdoor leiden.

Brug

Niet iedereen heeft een brug in de achtertuin staan, maar het is ook mogelijk deze oefening uit te voeren zonder aanwezigheid van een brug. Het idee achter deze oefening is je paard leren om over iets engs en smals te lopen. Je kan daarom ook twee steilsprongen een meter uit elkaar zetten en daartussen een zeil of doek op de grond leggen. Dit is ook een soort brug. Je kan er ook voor kiezen deze oefening in een park te oefenen waar wel een brug aanwezig is. Als je de brug gaat oefenen loop dan de eerste paar keer voor je paard uit, dit geeft vertrouwen. Als het samen lukt kan je er naast gaan lopen en het paard over de brug leiden. Zorg in deze oefening voor rust. Je paard mag best even stil staan en rondkijken op de brug. Soms werkt het ook motiverend om juist niet over de brug te gaan, maar je paard alleen te laten kijken. Herhaal dit een paar keer, je paard wordt hier nieuwsgierig van en dit kan juist een motivatie voor je paard zijn om er wel overheen te lopen.

Hoepel

De hoepel is een lastige oefening. Deze oefening combineert alle bovenstaande oefeningen. Een rond poortje vormt de basis van de hoepel. De onderkant kan je maken van een losse buigzame buis die je met een paar klemmen aan de basisconstructie kan vastklikken. Dit maakt het mogelijk de hoepel zo te verstellen dat de onderkant van de ring op de grond ligt. Dit is je beginpunt. Als eerste stap je zelf door de hoepel heen en laat jij je paard volgen. Als dit goed gaat maak je de onderkant van de hoepel iets hoger vast, maar nog steeds laag genoeg om het paard er doorheen te laten stappen. Wederom stap je nu samen door de hoepel. De opvolgende keer stel je de hoepel weer iets hoger in, stap je er eerst zelf door en laat jij je paard wachten. Maak je touw lang, ga aan de zijkant van de hoepel staan en laat dan het paard door de hoepel komen. Als dit goed gaat kun je het touw losmaken en het paard aan het halster vastpakken en samen naar de hoepel draven, laat vlak voor de hoepel het halster los, laat je paard door de hoepel springen, loop er zelf omheen en vang na de hoepel je paard weer op. Door te oefenen kan je steeds eerder het halster loslaten waardoor jij je paard uiteindelijk los door het parcours kan leiden.

Bronnen, referenties en/of voetnoten



Bij dit artikel ontbreken afbeeldingen.

We zijn specifiek op zoek naar: foto's van de verschillende onderdelen

Als je dit artikel aan wilt vullen kun je op bewerk klikken om je kennis aan dit artikel toe te voegen.


Dit artikel is een beginnetje.

We zijn specifiek op zoek naar: algemene informatie

Als je dit artikel aan wilt vullen kun je op bewerk klikken om je kennis aan dit artikel toe te voegen.