Mer1980 schreef:Als het bij Donnerhall vandaan zou komen dan heeft wel meer dan 6% dit gen := ik ben benieuwd hoe ver ze terug kunnen zoeken.
Ik denk dat dat wel meevalt hoor. Stel dat Donnerhall drager was, dat betekent dat hij heterozygoot is voor die eigenschap. Dan heeft hij dat aan 50% van zijn rechtstreekste nakomelingen doorgegeven. Stel dat 20% van de populatie dressuurpaarden Donnerhall direct als vader hebben (en dat is dan al een flinke invloed). Dan heeft statistisch de helft van die 20% het gen geërfd, dat is dan 10% van de populatie dressuurpaarden.
Als de populatie spring- en dressuurpaarden 50/50 verdeeld is dan heeft de helft van de totale populatie, =5%, dit gen van Donnerhall.
Van de paarden die Donnerhall als opa hebben is het dan nog 2,5%, de volgende generatie 1,25% enz.
Ilse_123 schreef:Ik vraag mij trouwens af hoe ze aan 6% komen...En in welke populatie we dan moeten kijken, alleen de dressuur warmbloed paarden? Alle warmbloeden? Alle paarden? Pas dan kunnen we echt logisch zeggen hoe groot dit eigenlijk is.
Het duitse veulentje was van een springhengst. Dus ik zou zeggen: alle warmbloedpaarden. Uiteindelijk gaan ook de dressuurpaarden terug op lijnen wat we nu springbloed noemen. De gespecialiseerde dressuurfokkerij in NL is nog maar ca. 20 jaar oud.